Nooduitgangen metrostation Stadhuis Rotterdam
De Coolsingel in Rotterdam wordt heringericht tot een stadsboulevard met een grootstedelijke grandeur. De werkzaamheden aan metrostation Stadhuis maken hier onderdeel van uit. Geen nieuwbouw, maar een duurzame oplossing waardoor de tunnel en daarmee de metro een volgende levensfase ingaan. Door de groeiende reizigersstroom en strengere regelgeving zijn extra nooduitgangen nodig. Op meerdere stations van het Rotterdamse metronet zijn reeds extra nooduitgangen gerealiseerd, zoals Dijkzigt en Coolhaven. Echter, de bouwlocatie op de Coolsingel is in meerdere opzichten bijzonder te noemen. Deze is namelijk niet alleen beperkt van omvang, maar bevindt zich ook nog in een gevoelig gebied: direct grenzend aan het op palen gebouwde rijksmonumentale bestuurscentrum van de stad, met in de ondergrond meerdere harde en zachte obstakels. Een dergelijke bijzondere locatie en omstandigheden vraagt om niet -alledaagse oplossingen.
- Een publicatie over dit onderwerp is opgenomen in de Civiele Techniek nr. 7 (september 2019) -
De nooduitgangen zijn in een natte bouwkuip gerealiseerd met jetgroutwanden. De wand wordt op twee niveaus ondersteund, namelijk op NAP -9,0 meter door een onderwaterbetonvloer en op NAP door een tijdelijk bouwstempel. Deze grote overspanning heeft als belangrijk voordeel dat de definitieve betonwanden zonder voegen kunnen worden gestort.
Waterdichtheid
Waterdichtheid van jetgrouting is een belangrijk aandachtspunt, mede wanneer harde obstakels in de ondergrond te verwachten zijn. De bouwkuipwand is voornamelijk in de oorspronkelijk Rotterdamse grondslag uitgevoerd, dus in de klei- en veengrond, zodat bij onvolkomenheden in de wand geen groot debiet te verwachten is. Rond de bestaande metrotunnel is wel sprake van een zandschil. In het bouwproces heeft dit deel dus specifieke aandacht gekregen door duikinspecties in de nat ontgraven bouwkuip.
(Bijschrift: blik in de bouwkuip, van links naar rechts: de betonnen metrotunnelwand, gesloopt jetgrout materiaal (donker), jetgroutkolommen in de zandsleuf (licht), jetgrouting in de oorspronkelijke klei- en veenlagen inclusief houten palen.)
Kademuur voormalige Coolvest
In het begin van de 20e eeuw was in de Coolsingel een brede gracht aanwezig, de Coolvest, begrensd door metselwerk en op palen gefundeerde kademuren. Het toeval wil dat beide nooduitgangen gebouwd moesten worden op de locatie van de oude kademuren. Over de afmetingen en diepte van de kademuren is in de archieven nauwelijks informatie beschikbaar. Met behulp van voorboren, voorprikken en proefontgravingen is getracht zoveel mogelijk van de obstakels op te sporen en in kaart te brengen. Deze onderzoeken hebben aangegeven dat aan de Stadhuiszijde geen kademuur meer aanwezig was, maar aan de westzijde hoogstwaarschijnlijk wel. Aan deze zijde is de bouwkuip ook vergroot om het slopen van de kademuur binnen de bouwkuip te kunnen laten plaatsvinden. Tijdens de uitvoering is gebleken dat juist aan de stadhuiszijde de kademuur nog wel in de ondergrond zat en aan de andere zijde niet. Onderstaande afbeelding laat zien dat de kademuur volledig is opgenomen in de jetgroutwand !
Jetgrouting
Het volledig met jetgroutkolommen uitvoeren van een binnenstedelijke bouwkuip in slappe grond is uniek voor Nederland. De bouwkuipwand is opgebouwd uit jetgroutkolommen met een diameter van 1 m, waarbij de primaire kolommen een lengte hebben van 17,5 m en voorzien van een stalen profiel HE400A (S355). De secundaire kolommen zijn ongewapend en hebben een lengte van 12,5m.
Monitoring
De omgeving en met name de metrotunnel en het Stadhuis, zijn tijdens de uitvoering van de kolommen en het ontgraven van de bouwkuip uitgebreid gemonitord. In het ontwerpstadium is de mogelijke vervorming van de metrotunnel als gevolg van de druk tijdens het groutproces bepaald op hooguit 2 mm. Tijdens de uitvoering zijn metingen in de tunnel verricht, waaruit is gebleken dat geen effect van het jetgroutproces op de metrobuis is gemeten. Ook de ontgraving van de bouwkuip, waarbij voldoende bovenbelasting op de tunnel moest worden gehouden om opdrijven te voorkomen, heeft geen meetbare invloed op de tunnelbuis gehad.
Tot slot
De ondergrond rond metrostation Coolsingel herbergt veel historie waardoor het maken van de extra nooduitgangen een gestructureerde aanpak vraagt met niet-alledaagse technieken. De jetgrouttechniek is voldoende flexibel en robuust gebleken om hier een passende en betrouwbare oplossing te bieden. Bouwen is echter alleen succesvol bij een goede samenwerking tussen de partijen. Het succes van dit project wordt, naast techniek, vooral gekenmerkt door een groot onderling vertrouwen en actieve kennisdeling van de betrokken partijen (RET, Jecon Engineering, JP van Eesteren en Keller).
CRUX is met dit unieke project genomineerd voor de Schreudersprijs 2019.
https://cruxbv.nl/nl/artikel/nominatie-schreudersprijs-2019
Projectbezoek
Onze collega's Jacco Haasnoot, Suradj Bhagirath en Silvia Bersan hebben in januari 2019 trots rondgelopen in de ontgraven bouwkuip en zijn zeer tevreden met het resultaat van dit bijzondere ontwerp.